Dense breast

Wat vrouwen moeten weten over borstkankeronderzoek bij dicht borstweefsel

Naar aanleiding van vele vragen die zijn opgekomen na het lezen van het artikel in de Volkskrant, “Wat vrouwen niet mogen weten over hun eigen borsten“, kunnen we een dieper gesprek voeren over de onderwerpen die daarin besproken worden.

Het artikel begint met: De radioloog had alle röntgenfoto’s van haar borsten naast elkaar gehangen, bij binnenkomst in de spreekkamer zag Ineke van den Heuvel een rij wit gewolkte rondingen tegen een zwarte achtergrond. In haar rechterborst moest ergens achter die mistwolk een tumor zitten, maar die had de radioloog niet gezien. Daarom was ze gekomen, ze wilde weten hoe het zat.

Vrouwenborsten bestaan uit vetweefsel en klierweefsel, legde hij uit, de verhouding verschilt per vrouw. Vetweefsel is op een röntgenfoto zwart, klierweefsel is wit en een tumor is ook wit. Bij vrouwen met overwegend vetweefsel is een tumor zichtbaar, als een wolkenpluk tegen een donkere lucht. Maar bij vrouwen met veel klierweefsel verdwijnt dat wolkje in de dichte mist. Ineke had zeer dicht borstweefsel, daarom was de kanker niet ontdekt.

Maar waarom weet ik dat niet?’, vroeg ze de radioloog.

Zijn antwoord: ‘Mevrouw, die informatie mogen we u niet geven.’

Waarom dicht borstweefsel belangrijk is en nog belangrijker waarom en wat kunnen we eraan doen?

Dicht borstweefsel bestaat uit meer klier- en bindweefsel dan vetweefsel. Omdat zowel klierweefsel als tumoren op een mammogram wit zijn, is het moeilijker om tumoren te onderscheiden bij vrouwen met dicht borstweefsel. Dit betekent dat mammografieën minder effectief zijn in het opsporen van kanker in deze groep vrouwen. 

Borstkanker is vaak moeilijk te detecteren bij vrouwen met dicht borstweefsel, een groep die bijna de helft van alle vrouwen  wereldwijd omvat.

Wat vrouwen niet mogen weten over hun eigen borsten

Veel vrouwen met dicht borstweefsel weten niet dat ze een verhoogd risico lopen op borstkanker en om het te missen op een mammografie. In Nederland worden vrouwen niet standaard geïnformeerd over de dichtheid van hun borstweefsel na een mammografie. Dit betekent dat vrouwen met dicht borstweefsel, ondanks dat ze twee keer zoveel kans hebben om borstkanker te krijgen, niet worden voorgelicht over aanvullende onderzoeksmogelijkheden zoals MRI.

De hoeveelheid klierweefsel in de borsten, en daarmee de dichtheid van het borstweefsel, wordt sterk beïnvloed door hormonale factoren. De belangrijkste hormonale oorzaken van een hoog percentage klierweefsel zijn:

1. Oestrogeen: Dit hormoon speelt een cruciale rol in de ontwikkeling en het onderhoud van borstklierweefsel. Vrouwen met een hogere oestrogeenspiegel, bijvoorbeeld tijdens de vruchtbare jaren of als gevolg van hormoontherapie (zoals bij anticonceptie of hormoonvervangende therapie na de menopauze), hebben vaak meer klierweefsel en dus dichter borstweefsel.

2. Progesteron: Dit hormoon balanceert oestrogeen, dat zowel de borstklieren als de baarmoeder beïnvloedt. Progesteron wordt aangemaakt tijdens de eisprong, en de productie neemt af tijdens de perimenopauzale fase, die ongeveer 15 jaar voor de menopauze begint.

3. Zwangerschap en borstvoeding: Tijdens de zwangerschap nemen oestrogeen en progesteron toe, wat zorgt voor een toename van klierweefsel in de borsten. Dit is normaal en kan resulteren in tijdelijk dichter borstweefsel.

4. Menstruatiecyclus: Tijdens bepaalde fases van de cyclus, vooral in de tweede helft (de luteale fase), kunnen de borsten onder invloed van oestrogeendominantie meer klierweefsel ontwikkelen. Dit fenomeen wordt ook wel mastopathie of fibrotisch borstweefsel genoemd. Het kan leiden tot een tijdelijke toename van de borstweefsel-dichtheid.

5. Menopauze: Na de menopauze dalen de niveaus van oestrogeen en progesteron, wat doorgaans resulteert in een afname van klierweefsel en een toename van vetweefsel in de borsten, waardoor het borstweefsel minder dicht wordt. Normaal gesproken zouden de borsten hierdoor slapper en zachter worden. Dit was vroeger het natuurlijke proces, voordat hormonale middelen zoals de pil en andere synthetische hormonen gangbaar werden. Ook was dit vóór de wijdverspreide aanwezigheid van hormoonverstorende stoffen, zoals plastics, soja, en plantaardige vetten, in ons dagelijks leven.

Hoewel de eierstokken na de menopauze stoppen met het produceren van hormonen, is onze omgeving tegenwoordig rijk aan externe oestrogenen, zoals xeno-oestrogenen uit plastic en fyto-oestrogenen uit soja. Deze stoffen kunnen worden opgenomen in het lichaam en leiden tot verhoogde oestrogeenspiegels in het weefsel, zelfs wanneer bloedwaarden van oestrogeen laag lijken. Dit kan bijdragen aan het ontstaan van hormoongevoelige tumoren, omdat het weefsel nog steeds blootgesteld blijft aan oestrogene invloeden, ondanks het afgenomen hormonale niveau na de menopauze.

Tegenwoordig zien we vaak dat de borstgrootte juist toeneemt na de menopauze, wat mogelijk te maken heeft met de verhoogde aanwezigheid van (externe) oestrogenen in ratio met progesteron en veranderingen in het lichaamsvet. Dit staat in contrast met de vroegere verwachting van slappere en kleinere borsten na de menopauze.

Samenvattend, hormonale factoren zoals oestrogeen- en progesteronspiegels spelen een belangrijke rol bij de hoeveelheid klierweefsel en dus de dichtheid van het borstweefsel.

Hoewel het klierweefsel bij de meeste vrouwen na de overgang afneemt door de daling van oestrogeen- en progesteronspiegels, blijft het bij sommige vrouwen aanwezig of vermindert het slechts in geringe mate.

6. Genetische factoren: (Epi-)genetica speelt een belangrijke rol in de hoeveelheid klierweefsel die een vrouw behoudt na de menopauze. Vrouwen met een familiegeschiedenis, vooral wanneer hun moeders hormonen hebben gebruikt, kunnen genetisch vatbaarder zijn voor het behoud van klierweefsel na de menopauze. Dit kan betekenen dat hun borsten minder vet en meer klierweefsel blijven bevatten, wat bijdraagt aan een grotere dichtheid van het borstweefsel. Epigenetische factoren, zoals de invloed van hormonale blootstelling op de genexpressie, kunnen ook van invloed zijn op hoe het borstweefsel zich ontwikkelt en verandert na de menopauze.

Daarnaast is bekend dat blootstelling aan weekmakers (zoals ftalaten, die vaak worden aangetroffen in plastics) invloed heeft op hormonale processen, niet alleen bij vrouwen maar ook bij mannen. Deze chemische stoffen kunnen de hormoonbalans verstoren en invloed uitoefenen op de ontwikkeling en dichtheid van borstweefsel bij vrouwen, evenals op de hormonale gezondheid van mannen, wat kan leiden tot verstoringen in hun voortplantingssysteem en mogelijk verhoogde oestrogeenspiegels.

7. Hormoonvervangende therapie (HRT): Vrouwen die na de menopauze hormoonvervangende therapie (HRT) gebruiken, vooral oestrogeen in combinatie met progesteron, behouden vaak meer klierweefsel. Dit komt doordat HRT de hormonale niveaus verhoogt, waardoor de dichtheid van het borstweefsel vergelijkbaar kan blijven met die van de premenopauzale periode. Dit roept echter de vraag op of dit wel gezond is. 

Na de menopauze maakt het lichaam namelijk al jaren geen progesteron meer aan, terwijl we in een omgeving leven die rijk is aan externe oestrogenen. Is het dan echt nodig om via HRT nog meer oestrogenen toe te voegen? Hoewel HRT vaak wordt gepromoot om menopauzale symptomen te verlichten, blijft het een verwarrend verhaal dat door de industrie goed verkocht wordt. Dit terwijl de verhoogde oestrogeenniveaus mogelijke risico’s met zich meebrengen, zoals een verhoogde kans op hormoongevoelige tumoren.

8. Overgewicht of obesitas: Vetcellen kunnen oestrogeen produceren, zelfs na de menopauze, wat kan leiden tot een blijvende stimulatie van het klierweefsel in de borsten, waardoor het niet significant afneemt. Dit kan gepaard gaan met een overbelaste lever, die cruciaal is voor de afbraak en regulatie van hormonen, en een verstoorde darmfunctie. Bij constipatie worden afgebroken oestrogenen opnieuw opgenomen in de bloedbaan, wat de hormonale disbalans verergert. 

Overgewicht betekent niet altijd dat iemand “dik” is; visceraal vet, oftewel vet rond de organen, kan ook een grote impact hebben op de (borst) gezondheid. Dit vet is schadelijk omdat het ontstekingen en zo de hormonale disbalans verhoogt door de aanhoudende productie van oestrogenen. Zelfs mensen die slank lijken, kunnen door een hoge mate van visceraal vet gezondheidsproblemen ervaren, omdat het de werking van vitale organen zoals de lever belemmert.

9. Lifestyle en omgevingsfactoren: Factoren zoals voeding, lichaamsbeweging, en blootstelling aan hormoonverstorende stoffen (zoals bepaalde chemicaliën die oestrogeen nabootsen) kunnen van invloed zijn op de hormoonspiegels in het lichaam en daarmee de dichtheid van het borstweefsel beïnvloeden.

In veel gevallen is het een combinatie van (epi-)genetische aanleg en externe factoren die bepalen waarom het klierweefsel bij sommige vrouwen na de overgang niet drastisch vermindert.

Hoewel oestrogeen horen te dalen na de menopauze, kunnen sommige vrouwen een langzamer of minder drastisch verlies van deze hormonen ervaren, waardoor het effect op het klierweefsel minder merkbaar is.

Het belang van vroege detectie

Vroege detectie van borstkanker is cruciaal voor een succesvolle behandeling. Vrouwen met dicht borstweefsel lopen het risico dat tumoren pas in een laat stadium worden ontdekt, wat de behandeling complexer en de overlevingskansen kleiner maakt. Onderzoeken zoals MRI kunnen helpen, maar worden vaak niet standaard aangeboden.

De rol van thermografie:  

Thermografie biedt een niet-invasieve en pijnloze methode om veranderingen in de borstgezondheid in een vroeg stadium op te sporen. In tegenstelling tot mammografie, die zich richt op het detecteren van anatomische afwijkingen zoals tumoren, kijkt thermografie naar de fysiologische veranderingen in de borst. Een voorbeeld hiervan is “dense breast” (dicht borstweefsel), wat al een reden kan zijn om extra aandacht aan de gezondheid van de borst te besteden. Dicht borstweefsel heeft namelijk een hogere metabole activiteit, wat resulteert in afwijkende temperaturen en patronen.

Thermografie kan subtiele veranderingen in temperatuur en bloedtoevoer detecteren, wat kan wijzen op de aanwezigheid van een zich ontwikkelende tumor. Deze veranderingen kunnen vaak jaren eerder zichtbaar zijn dan op een mammogram, omdat thermografie fysiologische processen vastlegt die voorafgaan aan de structurele veranderingen die een mammogram kan vaststellen. Zo kan thermografie bijdragen aan een eerdere detectie van abnormale weefselactiviteit en daarmee mogelijk helpen bij de vroegtijdige opsporing van borstaandoeningen.

Daarnaast gaat een verhoogd oestrogeenniveau vaak gepaard met klachten zoals PMS, pcos, endometriose, laag libido, wisselende stemmingen, en overgangsklachten. Tijdens de overgang kunnen vrouwen symptomen ervaren zoals opvliegers, nachtelijk zweten, stemmingswisselingen en vermoeidheid. Deze hormonale schommelingen kunnen niet alleen het algehele welzijn beïnvloeden, maar ook de borstgezondheid. Thermografie kan helpen deze veranderingen in de fysiologie van het borstweefsel te identificeren, wat belangrijk kan zijn voor de monitoring van hormonale onevenwichtigheden en hun impact op het lichaam.

Deze blog wil een belangrijk feit benadrukken: kankertumoren groeien al jaren voordat ze groot genoeg zijn om te worden gedetecteerd met anatomische tests zoals mammogrammen, vooral bij vrouwen met dicht borstweefsel. Thermografie biedt een unieke benadering door vroege fysiologische veranderingen op te sporen die voorafgaan aan de groei van een tumor.

Kennis geeft keuzes, wees goed geïnformeerd

Voor vrouwen met dicht borstweefsel kan thermografie een waardevolle aanvulling zijn op hun routineonderzoeken, waardoor ze de kans krijgen om mogelijke kanker eerder op te sporen en hun gezondheid beter te beheren.

Belangrijk om te weten: 

Wordt bij het bevolkingsonderzoek borstkanker gekeken of ik zeer dicht borstweefsel heb?

Nee, dat gebeurt nu nog niet. Er is namelijk ook nog geen aanbod voor mensen met zeer dicht borstweefsel (‘dense borsten’).

Kan ik mijn foto’s opvragen?

Ja, u kunt uw foto’s opvragen. U kunt hiervoor contact opnemen met de uitvoeringsorganisatie voor bevolkingsonderzoek

https://www.volkskrant.nl/kijkverder/v/2024/wat-vrouwen-niet-mogen-weten-over-hun-eigen-borsten~v1175081/


Thermografie Amsterdam

DOE EEN TERUGBELVERZOEK

Door de drukte ben ik soms moeilijk bereikbaar.
Als je graag teruggebeld wilt worden dan kan dat.
Laat jouw nummer en een korte omschrijving hier achter.
Ik streef er naar om binnen drie werkdagen terug te bellen.

© 2022 Thermografie Amsterdam